COLLECTIEVE WEERBAARHEID

Percepties ondernemers benutten bij een bedrijventerreinen-aanpak

Op verschillende manieren is er aandacht voor het ‘meten’ van de kwetsbaarheid van bedrijventerreinen voor criminele inmenging. Echter wordt de perceptie van ondernemers op bedrijventerreinen vaak nog niet op een gestructureerde manier meegenomen. Het perspectief van ondernemers blijft daardoor vaak onbenut. In ons onderzoek ontwikkelden we de Bedrijventerreinenscan Criminele Inmenging. Met deze scan wordt getoetst in hoeverre ondernemers veelvoorkomende signalen van criminele inmenging én ondermijning op een bedrijventerrein herkennen. Door toepassing van deze (gratis) scan, ontstaat een eenvoudig rapport dat inzicht geeft over hoe een bedrijventerrein ‘getaxeerd’ kan worden in termen van inmengingssignalen en ondermijnende criminaliteit, gebaseerd op het perspectief van de ondernemers.

In de aanpak van georganiseerde vormen van criminaliteit legt men vaak de focus op de kwetsbaarheid van gebieden. Onderzoekers wijzen bijvoorbeeld op het bestaan van ‘kwetsbare wijken’ (Tops & Van de Torre, 2014) of ‘notoire straten’ (Mehlbaum e.a., 2018). Door opstapelende problematiek zijn sommige gebieden kwetsbaarder dan andere, en een ideale ‘voedingsbodem’ voor het ontstaan van georganiseerde criminaliteit. Dit geldt ook voor bedrijventerreinen. Bijvoorbeeld vanwege het gebrek aan sociale of formele controle of een verouderde of verloederde look and feel. Om de kwetsbaarheid van een bedrijventerrein voor georganiseerde criminaliteit te ‘meten’, hebben verschillende onderzoekers indicatoren opgesteld (zie voor meer informatie bijvoorbeeld Bolsius e.a. 2018).

Dat ontwikkelen van indicatoren gebeurt op verschillende manieren. Datascience, het bij elkaar brengen van verschillende al bestaande databronnen, helpt bijvoorbeeld bij het bepalen van dergelijke indicatoren (Prüfer & Kolthoff, 2020). Vanuit deze methodiek ontwikkelden Bolsius e.a. (2018) bijvoorbeeld een methodiek waarbij indicatoren werden gemeten aan de hand van informatie afkomstig uit het Integraal Bedrijventerreinen Informatie Systeem, aangevuld met politiemeldingen en meldingen van Meld Misdaad Anoniem. Ook werd informatie van gemeenten, het bedrijvenregister en netbeheerders gebruikt. Door deze informatiebronnen te combineren, komen bepaalde patronen in beeld en dat leidt tot de formulering van indicatoren. Een andere veelgebruikte manier om de kwetsbaarheid van bedrijventerreinen inzichtelijk te maken is het opstellen van zogenaamde ondermijningsbeelden die Regionale Informatie- en Expertise Centra (RIEC’s) maken, door informatie van diverse overheidspartijen te bundelen. Naast afgeronde strafrechtelijke onderzoeken en casuïstiek in de systemen van overheden is de informatie gebaseerd op signalen van frontlijnmedewerkers, ofwel de professionals die in reschtstreeks contact staan met burgers. Voorbeelden zijn gemeentelijke baliemedewerkers, toezichthouders en wijkagenten. Harde ‘systeemkennis’ en zachte informatie wordt zodoende gecombineerd om tot een dieper inzicht te komen van ondermijnende criminaliteit (LIEC, 2019).

Bestaande manieren om indicaties van georganiseerde criminaliteit op bedrijventerreinen inzichtelijk te maken houden echter nog weinig rekening met de informatiepositie van in onze ogen zeer essentiële spelers op bedrijventerreinen: de bedrijven zelf. Terwijl juist de bedrijven (ondernemers en werknemers) de oren en ogen zijn van een gebied en afwijkingen als geen ander kunnen waarnemen. Het perspectief van bedrijven is kortom essentieel, maar blijft tegelijkertijd nog vaak onbenut. Signalen van ondernemers komen weliswaar terecht bij instanties, maar hun percepties van het gebied waarin zij opereren worden niet op een gestructureerde en gedegen manier meegenomen in bestaande methodieken. Wij denken dat de percepties van ondernemers een waardevolle en onmisbare aanvulling op andere methoden kan zijn. Wellicht zien ondernemers zaken die niet (direct) uit datascience en ondermijningsbeelden zijn op te maken?

Een instrument gericht op de percepties van ondernemers

Om de percepties van ondernemers een onderdeel te maken van de analyse van bedrijventerreinen, hebben we de Bedrijventerreinenscan Criminele Inmenging ontwikkeld. Ondernemers worden via een compacte digitale enquête gevraagd aan te geven in welke mate zij signalen van criminele inmenging herkennen, enerzijds in het eigen bedrijf en anderzijds in hun directe omgeving. Ondernemers worden dus aangemoedigd om zowel naar interne (in het eigen bedrijf) en externe (bedrijven in de nabije omgeving) signalen te kijken. De toegevoegde waarde daarvan zit hem volgens ons in de volgende aspecten:

  • De scan biedt een laagdrempelige mogelijkheid om de percepties van ondernemers in kaart te brengen.
  • De bevindingen geven een aanvullend beeld hoe een bedrijventerrein ‘getaxeerd’ kan worden in termen van signalen van ondermijning en criminele inmenging, vanuit het perspectief van de ondernemer.
  • Ondernemers maken, door het invullen van de scan, kennis met de signalen van criminele inmenging in het eigen bedrijf en in de omgeving. Dit maakt ondernemers mogelijk ook bewuster en alerter.

Het doel van de scan is daarmee tweeledig. Ten eerste biedt de scan een middel om op alternatieve wijze te kijken naar mogelijke inmenging van georganiseerde criminaliteit op een bedrijventerrein. Daarnaast kan de scan fungeren als een tool om ondernemers bewuster en alerter te maken op signalen van criminele inmenging. Criminele inmenging is potentieel schadelijk voor bedrijven, niet alleen wanneer zij zelf slachtoffer worden maar ook wanneer het voorkomt in de directe omgeving. Het invullen van de scan is voor ondernemers een kennismaking met de belangrijkste signalen, die zodoende sterker op het netvlies komen. Het periodiek herhalen van deze meting, bijvoorbeeld een keer per jaar, versterkt dat effect bovendien.

Bedrijventerreinenscan Criminele Inmenging

Twee perspectieven: intern meets extern

Ondernemers worden in de scan uitgenodigd om zowel binnen hun eigen bedrijf – herkent een ondernemer signalen van criminele inmenging in het eigen bedrijf? – als extern naar nabijgelegen bedrijven – herkent een ondernemer signalen van georganiseerde criminaliteit in de omgeving? – te kijken. Bedrijven kunnen immers zowel geconfronteerd worden met criminele inmenging in het eigen bedrijf (zie dit essay), als met criminele inmenging in hun directe omgeving op het bedrijventerrein. Het gebruik van opslagplaatsen, units, loodsen en bedrijfspanden kan een crimineel oogmerk hebben. Criminele ‘ondernemers’ kunnen zich op bedrijventerreinen vestigen met een primair crimineel motief, bijvoorbeeld om gelden wit te wassen of drugs te produceren. De beide perspectieven worden in de scan geïntegreerd. Onderstaand lichten we verder toe op welke wijze de percepties van ondernemers kunnen bijdragen aan het ‘zien’ van criminele inmenging op bedrijventerreinen.

Criminele inmenging in het eigen bedrijf

De scan heeft een breed oogmerk en is niet ontwikkeld voor een specifieke branche of bedrijfscontext. Alle ondernemers – dus alle bedrijven – moeten de scan kunnen invullen. Om die reden zijn enkel de generieke, branche-overstijgende signalen van criminele inmenging in de context van het eigen bedrijf meegenomen in de ontwikkeling van de scan. Voorbeelden van dit soort signalen zijn de aansturing van klanten op betalen in grote hoeveelheden cash, vreemde (privé)verzoeken aan ondernemer of personeel om van het bedrijfsproces af te wijken of onlogische afwijkingen aan leveringen die het bedrijf binnenkrijgt.

Criminele inmenging op het bedrijventerrein

In de scan staan de percepties van ondernemers centraal. Belangrijke voorwaarde om hun percepties te kunnen meenemen, is dat een ondernemer een redelijke en reële inschatting kan doen van iets wat zich in de omgeving voordoet. Van een bestaande indicatorenset (lectoraat Ondermijning, Avans Hogeschool, klik hier voor meer informatie) beoordeelden we samen met ondernemers uit het Red Flags-consortium of zij deze inschatting kunnen maken. Zo kunnen ondernemers waarschijnlijk wel een inschatting maken of personeel van een nabijgelegen bedrijf ’s nachts aanwezig is, of een nabijgelegen bedrijf een gesloten uitstraling heeft of dat bedrijven in de omgeving een onlogische sociale functie hebben. Aan de andere kant kunnen ze waarschijnlijk niet inschatten of de huurprijs van een naastgelegen bedrijfspand marktconform is.

Wat brengt de scan in kaart?

De interne en externe signalen zijn verwerkt in een digitale vragenlijst met 32 stellingen. Van deze stellingen hebben 18 stellingen een externe en 14 stellingen een interne focus. Bij elke stelling geeft de respondent aan in welke mate hij of zij het signaal herkent. Respondenten antwoorden middels een 5-punts schaal. Bij alle vragen is er de mogelijkheid om te antwoorden met ‘geen antwoord (mogelijk)’. De vragenlijst is onderstaand weergegeven.

De scan is gratis beschikbaar en kan in principe op elk bedrijventerrein worden uitgezet. Ieder individueel bedrijf kan worden uitgenodigd om (eenmaal per bedrijf) de scan in te vullen. Mocht er ook bewoning op het bedrijventerrein plaatsvinden dan kunnen ook bewoners benaderd worden, met daarbij de toelichting dat ze het interne bedrijfsgedeelte kunnen overslaan. De initiator van de scan (waarschijnlijk gemeente, politie, KVO of bedrijvenvereniging) kan de scan op meerdere bedrijventerreinen tegelijkertijd uitzetten, waarbij voor elk gebied dan een afzonderlijk resultatenrapport wordt opgeleverd, wat het bijvoorbeeld mogelijk maakt om verschillende terreinen met elkaar te vergelijken. Bij zeer omvangrijke bedrijventerreinen is een opsplitsing in deelgebieden – elk gemeten met een afzonderlijke scanversie – mogelijk. Ondernemers vullen de scan in de regel in circa vijf minuten in. Anonimiteit wordt gegarandeerd en herleidbaarheid wordt voorkomen door niet naar herleidbare persoonlijke (bedrijfs)informatie te vragen. Vooralsnog worden om deze reden ook controlevragen achterwege gelaten (bv. SBI-code, grootte van het bedrijf en leeftijd bedrijf). De vragenlijst is vormgegeven in, en wordt verspreid en verwerkt in het surveyverwerkingsprogramma Qualtrics.

Ondernemers vullen natuurlijk niet zomaar iedere scan in die in de mailbox belandt. Het verdient aanbeveling om uit te nodigen (mede) in naam van een voor ondernemers bekend verband, zoals een ondernemersvereniging. We adviseren dan ook om een dergelijk verband bij de voorbereiding en uitvoering van de scan te betrekken. Uit de vier pilots die we deden met de scan bleek dat het uitnodigen van ondernemers via post of per mail tot een vergelijkbare respons leidde van tussen de 10 en 20%. Om van een representatieve steekproef te spreken, wordt een respons van boven de 40% geadviseerd1. De scanresultaten moeten dus altijd met voorzichtigheid geïnterpreteerd worden. Het verhogen van de respons vraagt zeer waarschijnlijk om een intensievere aanpak, bijvoorbeeld via persoonlijke benadering (langsgaan bij bedrijven).

De bevindingen van de scan worden vormgegeven in een automatisch gegenereerd en eenvoudig rapport. Met de percentages wordt weergegeven hoeveel ondernemers op het bedrijventerrein een signaal herkennen. Hoe ‘groener’ het rapport is gekleurd, des te minder signalen zijn herkend. Bij een ‘roder’ gekleurd rapport worden er wel degelijk signalen van criminele inmenging herkent, waarmee de kans dat er ook daadwerkelijk criminele inmenging voorkomt aannemelijker is. Meer analyse en een interpretatie van de scanresultaten zijn in overleg met ons, de ontwikkelaars, uiteraard mogelijk.

Als de scan uitvoeriger getoetst is en het instrument verder is gevalideerd is het in de toekomst mogelijk om krachtiger uitspraken en interpretaties uit de rapporten af te leiden.

Afsluiting

De Bedrijventerreinenscan Criminele Inmenging is kortom een mogelijk waardevolle aanvulling op bestaande methodieken voor het zien van criminele inmenging op bedrijventerreinen. In plaats van uit te gaan van informatie uit systemen van gemeente, politie en andere relevante instanties of signalen van professionals, zet deze scan de percepties van ondernemers centraal. Daarmee doet de scan een aanzet om de percepties van ondernemers structureel mee te nemen in het meten van de mogelijke aanwezigheid van criminele inmenging.

De scan is een eindproduct van onderzoeksproject Red flags bij criminele inmenging, maar tegelijkertijd een vertrekpunt voor verdere ontwikkeling. Er staan nog vragen open. Zo vermoeden we dat de scan bijvoorbeeld ook in havens en wellicht ook in winkelcentra of straten is toe te passen. De meest prominente vragen gaan echter over de normering en validering van de scan. Hoewel de scan dus gratis beschikbaar is, zouden wij graag betrokken zijn bij plekken waar de scan wordt uitgezet in de toekomst, zodat we verder kunnen werken aan de normering en validering en toepasbaarheid. Neem daarvoor vooral contact op met de leden van het onderzoeksteam.


Bolsius, Y., Höcük, S., Prüfer, P., & Kolthoff, E. (2018). Indicatoren van (georganiseerde) criminaliteit en ondermijning op bedrijventerreinen: een verkennende pilot voor de gemeente Tilburg. Tilburg: CentERdata/Tilburg Universiy. LIEC (2019). Landelijk beeld van ondermijnende criminaliteit. Ministerie van Justitie en Veiligheid. Verkregen van: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2019/10/18/tk-bijlage-landelijk-beeld-ondermijnende-criminaliteit Mehlbaum, S., Schoenmakers, Y., & Van Zanten, J. (2018). Notoire straten. Over de inbedding van georganiseerde criminaliteit. Apeldoorn: Politie & Wetenschap Tops, P.W. & Van der Torre, E.J. (2014). Wijkaanpak en Ondermijnende Criminaliteit. Tilburg University, Politieacademie. Verkregen van: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2014/11/18/wijkenaanpak-en-ondermijnende-criminaliteit Prüfer, P., & Kolthoff, E. (2020). Met datascience op zoek naar indicatoren van georganiseerde criminaliteit en ondermijning. Proces, 44(2), 85 – 101.